Zebravinken

Geslachtsonderscheid

De mannetjes van de wildvorm zij te herkennen aan hun oranjebruine wangvlekken. B ij de vrouwtjes ontbreken ze. Bij witte zevravinken is het verschil te zien aan de snavel: de snaven van de vrouwtjes is matter (lichter) van kleur dan die van de mannetjes.

Eigenschappen

Zebravinken zijn erg sosiale en vreedzame vogeltjes die het zowel met elkaar als met andere vogels het goed kunnen vinden. U houdt van deze vogels bij voorkeur een groepje in plaats van een eenling of koppel.

Behuizing

Zebravinken kunnen probleemloos gehouden worden in zowel een buiten- als kamervolière en ook in (broed-) kooien doen ze het uitstekend. Beplanting is niet noodzakelijk.

Omgevingstemperatuur

Deze zeer populaire Australiche vogeltjes zijn redelijk gehard en kunnen probleemloos in een buitenvolière overwinteren, mits ze zich kunnen terugtrekken in een slaapnestje in een goed nachthok.

Voedsel

U kunt deze vogels gewoon kanariezaad geven maar volièrezaad heeft wel de voorkeur, aangevuld met trosgierst en graszaden. Daarnaast lusten ze ook wel vogelmuur en ander groenvoer, en in de kweekperiode eivoer en kleine insecten. Grit en maagkiezel horen altijd beschikbaar te zijn, zodat de vogels er naar behoefte van kunnen opnemen. 

Activiteiten

Zebravinken zijn vrij actieve en niet-schuwe vogeltjes. Ze houden zich in alle lagen van de volière op en zijn ook veel op de grond te vinden waar ze een deel van hun menu bij elkaar scharrelen. Ze nemen graag een bad. Ze behoren tot de zo genaamde "nestslapers", wat inhoudt dat deze vogels niet op een stok maar in een nestje slapen. Wanneer u op verschillende plaatsen in de volière nestkastjes ophangt, kunnen de vogels zelf een keuze maken.

 Kweek

Zebravinken staan bekend om hun grote productiviteit. Ze planten zich zowel in een kweekkooi als in een volière voort. Hebt u meerdere paartjes, zorg dan voor ruim voldoende nestkastjes; het komt nog wel eens voor dat de vogels het met elkaar aan de stok krijgen, omdat meerdere vogels het hetzelfde nestkastje uikiezen. Het nest wordt gemaakt van materialen zoals sisaltouw en kokosvezel. Gemiddeld kunt u op 4 tot 6 heel licht groene eitjes rekenen. Na 12 tot 13 dagen komen de jongen uit het ei. Ze worden gevoerd met allerlei zaden en eivoer. Ok klein dierlijk voer wordt goed opgenomen. De jongen vliegen op een leeftijd van ongeveer 3 weken uit maar worden nog ongeveer 2 weken gevoerd en begeleid. Na twee tot drie maanden heben de jongen hun volwassenkleur. Ze zijn al heel snel broedrijp, maar u kunt de geslachten beter van elkaar scheiden totdat ze minimaal 9 maanden oud zijn. wanneer de vogels te jong gaan broeden, geeft het vaak problemen. Zebravinken kunnen met probleemloos drie tot vier legsels per jaar grootbrengen, maar omdat dit erg veel vergt van de ouderdieren, is het beter na het derde legsel alle nestkastjes te verwijderen.

Mutaties

Er zijn verschillende kleurslagen van deze vogels. De originele zebravink is de normale grijze. Hieruit is ondermeer de normale bruine voortgekomen. Er zijn talloze mutaaties opgetreden die we kennen als grijze of bruine bleekrug, bruin-, zwart-, en grijswang, zwart- of bruinmasker, grijs- en bruin pastel, wit-, zwart- en oranjeborst, en ook combinaties hiervan zijn mogelijk (zwartborst bruinpastel, oranjeborst bleekrug, grijze bleekrug pastel enz.) Hiernaast zien we ook de kleurslagen phaeo, effen wit, isabel, bont en getekend veel op vogeltentoonstellingen. Deze kleuren zijn allemaal vastgelegd in standaards, aan de hand waarvan ze op tentoonstellingen worden gekeurd. Er zijn ook gekuifde zebravinken. Deze worden bij voorkeur niet aan elkaar gepaart, omdat het gen dat verantwoordelijk is voor de kuif in homozygote vorm lethaal is. Dat betekend dat een deel van de jongen uit een dergelijke combinatie al sterft in het ei. De kuiffactor is echter dominant over normale kopbevedering; het combineren van een gekuifde  zebravink met een niet-gekuifte zebravink geeft ongeveer 50% gekuifte jongen.

Bijzonderheden.

Zebravinken zijn zeer geschikte vogels voor beginnende voggelliefhebbers, omdat ze erg weinig eisen stellen. Er komen zo veel verschillende kleuren en aftekeningen voor bij dit soort, dat er altijd wel een kleurslag is die u aanspreekt. Wanneer u interesse hebt voor een van de bijzondere kleurslagen, kunt u zich het beste wenden tot een vogelvereniging bij u in de buurt. Voor tentoonstellingen geschikte dieren komt u zelden tegen in een dierenwinkel