1. Als men vogels
"kanaries" gaat kweken, vraag en lees en bestudeer eerst de
standaard.
( DEZE MOET JE KENNEN!!!.)
Koop bij een kweker die selectief kweekt (stam), vraag hem 1 man met 2
poppen om te beginnen. Bouw zelf je hok op, met de volgende gegevens, dan
moet dit kunnen voor iedereen.
2. OPBOUW VAN EEN VOGEL:
(groene kanarie) door mutatie verdere uitbouw.
- PIGMENT: Eumelanine (zwarte) staafjes
pheomelanine Bruin (korrels) met hooguit 4 kleuren beïnvloedende
factoren, (daar kan nog wel de ivoor factor bijkomen).
- VETSTOF : 4 kleuren mogelijk nl. Rec.
Wit - Dom. Wit - Geel - Rood.
Wij kennen bij deze vogel nog wel de "KLEUR
BEÏNVLOEDENDE FACTOR" o.a. Intensief factor
ivoorfactor - mozaïek (ik praat dan niet over de roodogen)
Ik wil deze even in het kort bespreken, om een kort overzicht te geven
over de grondkleur pigment en grond en pigment beïnvloedende factoren.
3. PIGMENT: heeft 4
mogelijkheden:
- ZWART PIGMENT:
(eumelanine) B.v. Groene - brons kanarie.
Dit zal voor velen geen probleem zijn. Goede kentekens zijn de zwarte
poten en nagels.
- AGAAT PIGMENT:
of 1° reductiefactor.
Men kan zeggen verdund zwart of gereduceerd zwart of zwartgrijs, het
is maar hoe je het wilt zeggen. Twijfel je dan nog, vraag dan bij
jezelf is het bruin of zwart, is het geen van beide, dan is het een
"agaat".
- BRUIN PIGMENT:
is de oudste
mutatie. Het zwarte eumelanine is omgezet in pheomelanine. Verder is
bruin-bruin en zal geen verdere geen uitleg hoeven. Men moet wel het
verschil in bruin zien.
- In bruin omgezette zwart melanine die de tekening zal vormen.
- De bruine pheomelanine van voordien die we terug vinden tussen de
tekening en in de gehele bevedering van de vogel.
Dus als we bruin willen kweken altijd 2 vogels pakken die een maximaal
aan bruin hebben. BV. Goede bruine man + Grauw groene pop.
- ISABEL PIGMENT:
verdund bruin, ofwel gereduceerd bruin, men zou het beste kunnen
zeggen, beigebruin. De werkingsfactor van de l° reductiefactor zal
zeer sterk het uitzicht van de Isabel bepalen, werkt deze te zwak dan
krijgt men een donker uiterlijk (te bruin), werkt deze te sterk dan
krijgt men pigmentverlies.
- Is de vogel te bruin: dan agaatvogels inschakelen.
- Is de vogel te bleek dan een bruine vogel inschakelen.
(Het inschakelen van de satinet of opaal laat ik hier liever buiten.)
GRONDKLEUR: (4 soorten) ook wel bijtint
genoemd.
Deze vogels kunnen weer een bepaalde
grondkleur bij zich hebben.
- Dominant wit
factor ( herkenbaar aan de gele aanslag)
- Rood factor
- Geel factor
- Recesief wit factor
( Herkenbaar aan blauwpaarse huidkleur)
PIGMENT BEÏNVLOEDENDE
FACTOREN: Ook weer 4 -soorten.
Deze hebben zoals het woord het al zegt,
invloed op het pigment, maar deze factor werkt ook gedeeltelijk op
grondkleur maar wel minimaal.
- DE PASTEL FACTOR :
of 2° reductiefactor. Maakt de isabel en de bruine streeploos en
verdunt het agaatpigment naar lichtgrijs en het zwartpigment naar
grijs.
- DE OPAAL FACTOR :
Voor mij is dit de mooiste kleur en pigment beïnvloedende factor.
Deze verandert de ligging van het pigment van de bovenkant naar de
onderkant van de veer. (moeilijker te kweken in de zwartreeks)
- DE INO FACTOR :
Deze onderdrukt de eumelanine waardoor bij b.v. een groene en bruine
een schubtekening ontstaat met rode ogen. Bij de agaat of isabel
verdwijnt het pigment nagenoeg helemaal. (Deze zijn nog gedeeltelijk
te kennen bij het opblazen der veren)
- DE SATINET FACTOR :
(dicht verbonden aan de 1° reductiefactor) Deze onderdrukt de
pheomelanine, waardoor een vogel ontstaat met rode ogen en een fijne
bestreping op een nagenoeg pigmentloze ondergrond.
- Deze factoren zijn de
laatste jaren uitgebreid met de topaas en de eumo ,en de volgende is
in aantocht de onyx
GRONDKLEUR BEÏNVLOEDENDE FACTOREN : Het
wordt eenvoudig , dit zijn er ook weer 4 die zoals al gezegd invloed
hebben op de grondkleur maar ook gedeeltelijk op het pigment.
- INTENSIEF FACTOR:
deze maakt de vogel helder en glanzend.
- DE BLAUWFACTOR:
(door structuurwijziging) of citroenfactor (dubbele blauwfactor)
- DE IVOORFACTOR: Maakt
geel - zachtgeel , rood - roze
- DE MOZAÏEK FACTOR.
Dus als men een vogel ziet kan men hem het
best ontleden door je af te vragen:
- WAT IS DE GRONDKLEUR.
- WAT IS HET PIGMENT.
- WAT BEÏNVLOED HET
PIGMENT.
- WAT BEÏNVLOED DE
GRONDKLEUR.
Men zal er zo altijd uit komen, men kan
zich natuurlijk afvragen welke factoren zitten er niet in. Ik hoop u in
het kort hierin een inzicht gegeven te hebben.
DE TEKENING VAN DE VOGEL
DEZE MOET BIJ ALLE PIGMENT VOGELS FIJN, KORT EN ONDERBROKEN ZIJN!!
systematisch t.o.v. elkaar, duidelijke baard en oogstrepen en
flanktekeningen. Ik moet hier zeker bij vermelden dat de intensief factor
of pigment beïnvloede factoren hier zeker invloed zullen ophebben, maar
dit zal natuurlijk al wel duidelijk zijn. Wel moet de ligging van de
tekening hetzelfde blijven. De ervaring brengt hier zeker kennis bij, ook
voor de gewone liefhebber.
Ik hoop u met deze eenvoudige uiteenzetting
weer wat inzicht gegeven te hebben over de kleur en kleur beïnvloedende
factoren van onze vogels ,en u een hulpmiddel gegeven te hebben om uw
vogels makkelijker te kunnen ontleden.
Met dank aan
Wout van Gils |